Terre des Hommes Dorpentocht Walcheren





Let op: onderstaande tekst gold voor de dorpentocht 2012!

Landwater

Fietsend over Walcheren komt met enige regelmaat hetzelfde beeld in me op: dat van mensen in paniek, rennend voor hun leven om aan het naderend zeewater te ontkomen, proberend een hoger gelegen plek in het landschap, een vliedberg misschien, te bereiken. Beeld van iets wat zich lang geleden voordeed. Misschien was al een begin gemaakt met de aanleg van dijken, maar zo veilig als nu was het wonen op het eiland zeker niet. Van tijd tot tijd hernam het zeewater zijn oude rechten en overstroomde grote delen van het land. Zeeland en zeewater, gezworen vijanden tot in een tijd die nog niet eens zo ver achter ons ligt. De Dorpentocht van dit jaar herinnert je nu niet aan het gevecht dat de Zeeuwen voerden met het zeewater, maar geeft je wel de kans stil te staan bij hun worsteling met het landwater.

Walcheren een poffertjespan
Landwater is het thema van de Dorpentocht 2012; water dat van boven komt, in grote hoeveelheden soms. Walcheren wist met dat regenwater in het verleden niet altijd goed raad. Begrijpelijk, het eiland lijkt op een poffertjespan, schreef de cultuurhistoricus dr. De Klerk. Een treffend beeld voor een landschap met heel veel lage delen, waarin zich het regenwater verzamelde. De Klerk vertelt dat hij tijdens lezingen soms een foto laat zien als de nu volgende foto.


Wanneer genomen? In 1944, bij de inundatie van Walcheren door de geallieerden? In 1953 tijdens de Watersnoodramp? Twee keer mis, het is een foto uit 1915/1916, die laat zien voor hoeveel overlast het regenwater toen nog kon zorgen. Niet voor eventjes, maandenlang stonden gebieden als het hier gefotografeerde onder water. Toch probeerde men ook toen al het overtollige water via een stelsel van dulven (kleine sloten), sprinken of sprienken (iets bredere sloten) en watergangen naar een viertal uitwateringssluizen in het oostelijk deel van het eiland te leiden. Van elektrische bemaling was nog geen sprake.

Ten noorden van Middelburg is vlak bij het aquaduct onder het Kanaal door Walcheren een bijzondere sprienk te zien. De schuur bij een boerderij is over deze sprienk heen gebouwd.

Watergangen: van meer dan één betekenis
Eeuwenlang speelden de watergangen, de brede vaarten die Walcheren doorsnijden, een grote rol bij de afvoer van regenwater. Zo lang al dat we niet helemaal zeker weten hoe ze zijn ontstaan. Op natuurlijke wijze, door binnenstromend en terugvloeiend zeewater? Of door mensenhanden gegraven? Een combinatie van beide ontstaansvormen lijkt het meest waarschijnlijk: mensen groeven, maar maakten hier en daar gebruik van aanwezige geulen.
In veel Walcherse steden en dorpen komt een straatnaam voor die ons leert dat de water- gangen nog voor iets anders dienden dan voor waterafvoer. In Middelburg bijvoorbeeld, treffen we het Domburgse Schuitvlot aan, op de plaats waar vanuit de richting Domburg een watergang de stad binnenkwam. Het "schuitvlot" was de aanduiding voor de plaats waar schepen aanlegden, een steiger dus. De watergangen voerden niet alleen water af, maar werden ook gebruikt om personen en goederen te verplaatsen. Aardig die informatie, zeg je misschien, maar wel historie. In onze tijd is de waterhuishouding van Walcheren vast en zeker anders, moderner ingericht. Boeiend te zien hoe die watergangen door het land slingeren en langs een aantal ervan kun je ook een mooie wandeling maken, maar verder: cultureel erfgoed. Kijk dan even goed naar wat op de volgende foto is te zien.


Je ziet een sterk verbrede watergang. Op diverse plaatsen langs de tocht kom je zo'n verbreding tegen. Wat onmiddellijk opvalt, is dat allerlei soorten vogels er dankbaar gebruik van maken, maar dat is toch niet de eerste reden geweest van Waterschap Scheldestromen om tot verandering van de vroegere waterloop over te gaan. Dat was de behoefte aan waterberging . Soms valt het regenwater in zulke hoeveelheden naar beneden dat het even een plek moet krijgen alvorens het definitief kan worden afgevoerd. De verbrede watergang zorgt voor zo'n tijdelijke opvang. Daarna gaat het alsnog naar de twee gemalen die nu op Walcheren werkzaam zijn. Beide lozen zij het landwater in het Kanaal door Walcheren. Het eerste en oudste gemaal is het Boreelgemaal, even ten zuiden van Middelburg. Je ziet het als je van de brug bij Souburg langs het jaagpad naar Middelburg fietst, vlak voor die stad aan de linkerkant. Het tweede, in 2008 in gebruik genomen, is het gemaal Poppekinderen, gelegen aan de Oude Veerse weg. Overigens, in Veere zelf bevindt zich nog een derde gemaal, de Oostwatering. Jarenlang loosde het water in het Veerse Meer. Nu wordt het alleen nog gebruikt in tijden van extreem grote wateraanvoer.

Antiek in het landschap.
Een wel heel bijzonder element in het vervoerssysteem van het Walcherse landwater vormt het molentje, dat je tegenkomt wanneer je van de Jacoba van Beierenweg naar het sportpark Vrijburg rijdt.


Het is een Bosman Piershilproduct, genoemd naar de maker Bas Bosman en de plaats van ontstaan, Piershil, een dorp ten zuiden van Spijkenisse. Bosman begon er in 1929 windmolens te maken. Van het molentje dat je ziet heeft zijn bedrijf er duizenden gemaakt. Het molentje is aangesloten op een centrifugaalpomp. In het pomphuis bevindt zich een waaier met een aantal schoepen. De windmolen zet de waaier in beweging waardoor het ingestroomde water omhoog wordt geperst. Zo wordt in dit geval het water uit de sloot links van de weg naar de watergang getransporteerd. De sloot heeft een beduidend lager waterniveau dan de watergang. De eerste van dit soort molentjes moesten handmatig "in de wind" worden gezet. Deze molen heeft een vlotter die bij stijgen of dalen de stand van een tweetal vanen verandert. Die zorgen ervoor dat de molen als vanzelf in de wind draait. Heel bijzonder dat dit molentje nog altijd deel uitmaakt van de Walcherse waterhuishouding! De dichter Robert Anker verwijst naar de ontwerper ervan in een gedicht dat begint met de volgende fascinerende regels:
Groeiend in dit landschap
raakte ik langzaam ingepolderd.
Bosman hield mij droog... (uit: Van het balkon, 1983)


Waterkwaliteit en milieu.
De tot nu toe beschreven elementen van de Walcherse waterhuishouding beogen vooral het eiland klimaatbestendiger te maken. Dat was en is nodig. Klimaatveranderingen zorgen voor (vooral) lokaal heviger regenbuien dan vroeger. Besluiten als het verbreden van watergangen en het bouwen van een nieuw gemaal, maken deel uit van de strijd die mens en water al eeuwenlang met elkaar voeren. Ze moeten er allereerst aan bijdragen dat ernstige wateroverlast de bewoners van Walcheren in de toekomst bespaard blijft, maar zijn daarnaast gericht op natuurvriendelijkheid, op het bewaken van de kwaliteit van het milieu.
Een paar voorbeelden om dat te verduidelijken.
In het voorgaande wees ik terloops op het toegenomen vogelbestand in de verbrede watergangen. Die verbreding had ook wel wel degelijk als doel de oevers van de water-gangen zodanig te maken dat zij een betere leefomgeving vormen voor vogels, vissen en andere waterdieren. Bij de bouw van het gemaal Poppekinderen is ook een vispassage aangelegd die het mogelijk maakt dat trekvissen als palingen, stekelbaarzen en botten vanuit het Kanaal door Walcheren de polders in kunnen en weer terug. Ook in de polders zijn dergelijke passages te vinden, bv. aan de Bieweg, bij de boerderij Botjeszee. Meer informatie over deze vispassages is te verkrijgen bij de stempelpost van Poppekinderen. Vraag ernaar!
Een ander voorbeeld van die kwaliteitsbewaking.
Bij de stempelpost minicamping Heulzicht zie je een stuwtje.


Het zorgt ervoor dat het zoete water uit het duingebied zich niet te snel mengt met het brakke van de polderslootjes (brak vanwege het in vroeger tijden afgezette zout in de bodem). Niet alleen hier, ook aan de randen van de hoger gelegen zanderige kreekruggen treffen we zulke stuwtjes aan die een snelle vermenging van twee soorten water moeten tegengaan.
Een laatste voorbeeld.
Fietsend over de Bergweg (na Koudekerke), passeer je twee watergangen direct na elkaar. In de tweede, de zuidelijke, is een stuw te zien die deel uitmaakt van een circulatiesysteem voor en door Vlissingen.


Sinds 1981 wordt er voortdurend vanuit de polders water door de Vlissingse grachten gepompt. Zo wordt stilstand van het water van die grachten, die vaak gepaard gaat met een lucht van rotte-eieren, voorkomen.

Tot slot
Een mooie fietstocht maken over een hopelijk zonnig Walcheren, dat is het belangrijkste op de 7e augustus. Toch hoop ik dat je op die tocht ook met interesse en verwondering zult kennis nemen van wat de eerder aangehaalde dr. De Klerk het "levend erfgoed" noemt van alles wat met het Walchers landwater heeft te maken.
Chris Stronks


NB. Dank ben ik verschuldigd aan dr. Aad de Klerk van Stichting Cultureel Erfgoed Zeeland en enkele medewerkers van Waterschap Scheldestromen.
Zonder hun informatie had ik het voorgaande niet kunnen schrijven.

Versie 20130327